De kortste volledige Nederlandse zin is “u at”.

Een zin is een aantal woorden dat samen een betekenis heeft. Een zin begint met een hoofdletter en eindigt met een punt. Eigenlijk lijkt een zin op een brug. Over een brug lopen mensen en rijden fietsen, auto’s of treinen.

Over de zin loopt een gedachte. Een brug heeft pijlers. Er moeten in elk geval twee pijlers zijn, anders is het geen goede brug! Een zin heeft ook twee pijlers: de ene pijler is de persoonsvorm en de andere pijler is het onderwerp. In elke zin moet een persoonsvorm zitten en een onderwerp. Anders is het geen goede zin.

De persoonsvorm in een zin is een werkwoord. Dat werkwoord is heel belangrijk want dat vertelt wat er gebeurt of wat iemand doet. Het onderwerp is wie er iets doet.

Een enkel woord kan dus nooit een zin zijn. De antwoorden Ga!, U?, Ik, O! en ? zijn daarom onjuist. De kortste zin is dus “u at”.